Resultaten radiologisch toezicht 2021

Toezicht op nucleaire installaties

De belangrijkste nucleaire installaties in ons land (reactoren voor elektriciteitsproductie, nucleaire onderzoekscentra, centra voor het beheer van radioactief afval ...) mogen op basis van hun vergunning en na verschillende zuiveringsprocessen beperkte hoeveelheden radioactiviteit in het milieu lozen. Dat gebeurt via gasvormige lozingen (van bv. de ventilatie van de nucleaire gebouwen) in de atmosfeer en via vloeibare lozingen (van bijvoorbeeld het schoonmaakwater van de vloeren in de nucleaire zones) in het oppervlaktewater. De lozingen zijn aan zeer strikte regels onderworpen en worden permanent gecontroleerd door de uitbaters van de nucleaire inrichtingen en door het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC).

Figuur 1: Bemonstering in het leefmilieu

Die permanente controle maakt deel uit van een veel groter programma van radiologisch toezicht op het Belgische grondgebied. Daarbij wordt de radioactiviteit in de lucht, de bodem, het water,  de voedselketen, de fauna en flora... continu gemonitord. Het toezichtsprogramma heeft 3 doelstellingen:

  • ervoor zorgen dat de wettelijke en reglementaire milieuverontreinigingseisen worden nageleefd;
  • nagaan of de lozingen in het milieu worden uitgevoerd in overeenstemming met de toegestane normen en beperkingen;
  • de bevolking correct informeren en, indien nodig, onderzoeken aan welke potentiële doses van ioniserende straling mensen werden blootgesteld.

Bepaalde parameters, zoals de concentratie aan radioactieve stoffen in de lozingen, kunnen op voorhand worden gecontroleerd via de analyse van stalen uit reservoirs die zich in de installaties bevinden. Daarnaast staan er radiologische meettoestellen op elke pijpleiding en elke schoorsteen van de nucleaire installaties, waardoor de eigenschappen van de uitstroom ook in real time worden opgevolgd door medewerkers van de installaties. Bij de minste afwijking of van zodra één van de parameters riskeert te worden overschreden, wordt de uitstroom onmiddellijk onderbroken.

Figuur 2: De lozingscontrole door de exploitanten

De uitbaters van de nucleaire installaties moeten hun lozingen maandelijks aangeven bij het FANC en dienen jaarlijks een gedetailleerd lozingsverslag over te maken. Tot slot voert het FANC ook jaarlijks, voor elke site, een al dan niet aangekondigde inspectie uit over de radiologische impact van de nucleaire installaties.

In 2021 bleef de radioactieve uitstroom voor alle installaties binnen de limieten van hun uitbatingsvergunningen. De nucleaire sites van Doel, Tihange en Fleurus hadden geen meetbare impact op hun omgeving. Sommige nucleaire installaties in de regio Mol-Dessel hadden wel een meetbare, maar geringe radiologische impact op het milieu. Deze hogere concentraties zijn nog een gevolg van de historische verontreiniging veroorzaakt door toenmalige lozingen van de nucleaire bedrijven in deze regio.

Radiologisch toezicht in België

Radioactieve stoffen in het leefmilieu zijn echter niet per definitie gelinkt aan nucleaire installaties, want radioactiviteit kan ook een andere kunstmatige of natuurlijke oorsprong hebben.  Deze concentraties worden ook door het FANC opgevolgd op 3 manieren:

  • Jaarlijks worden in België 4.000 à 4.500 monsters genomen uit de lucht, de bodem, het water, enzovoort, waarop in het totaal bijna 25.000 radiologische analyses worden uitgevoerd. Voor de staalnames in de voedselketen werkt het FANC samen met het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV).
  • Niet-nucleaire industriële sites (NORM-sites), stortplaatsen en bouwmaterialen hebben allemaal een verhoogde natuurlijke radioactiviteit. Daarom bestaat daarvoor een specifiek bemonsteringsprogramma. In dat kader volgt het FANC ook de radiologische verontreiniging op die werd veroorzaakt door de vroegere voedselfosfaatindustrie in Tessenderlo.
  • Het automatische TELERAD-netwerk meet continu de radioactiviteit op meer dan 250 vaste locaties in België. De TELERAD-bakens activeren een alarm bij het FANC wanneer een verhoogde activiteit in de lucht of het water worden gedetecteerd.

De concentraties van radioactieve stoffen in de geanalyseerde monsters lagen in 2021 over het algemeen extreem laag. Het merendeel van de metingen lag zelfs onder de detectielimieten van de meetinstrumenten. Bovendien blijkt uit de metingen dat natuurlijke radioactiviteit veel meer voorkomt dan kunstmatige, door de mens veroorzaakte, radioactiviteit. In het Netebekken (Molse Nete, Grote Laak en Grote Nete) voert het FANC al jaren een verhoogd toezicht uit, omdat daar verhoogde concentraties aan radioactieve stoffen aanwezig zijn, ten gevolge van de fosfaatindustrie en de nucleaire bedrijven in Mol en Dessel.

Goed rapport van de Europese Commissie

België wordt als lid van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) regelmatig gecontroleerd door de Europese Commissie. Zij voert audits uit van de monitoringsystemen van alle lidstaten en evalueert of het leefmilieu op een efficiënte en onafhankelijke manier gemonitord wordt. De Commissie kwam in de zomer van 2021 de situatie in België onderzoeken en meer bepaald de radioactiviteitsmonitoring van de Molse Nete en haar oevers, de kwaliteit van de onderzoekslaboratoria waar in opdracht van het FANC analyses worden uitgevoerd (SCK CEN en IRE) en de manier waarop het FANC rapporteert over de resultaten van zijn monitoringprogramma. De Euratom-toetsing wees uit dat de situatie correct wordt opgevolgd door de Belgische autoriteiten en dat de labo’s adequaat en efficiënt werk leveren.

>>> Raadpleeg ons toezichtsrapport 2021