Voedselketen: drinkwater, melk, voedingsmiddelen en controlemaaltijden

Het programma volgt de producten van de voedselketen in heel België op om - op zo breed mogelijk manier - alle routes van inkomende radioactiviteit bij mensen te beoordelen (Tabel 8). De voedselketen op Belgisch grondgebied kan potentieel besmet worden door alle genoemde nucleaire en niet-nucleaire sites en door de invoer van voedsel uit landen die getroffen zijn door incidenten of ongevallen zoals het ongeval in Tsjernobyl en Fukushima. Worden geanalyseerd:

  • Drinkwater;
  • Melk omdat het een gevoelige vector is in geval van radioactieve besmetting zoals jodium (131I) dat snel van gras naar koeien gaat en in melk wordt aangetroffen. Aangezien de melkdistributieketen snel is, zou jodium snel door de bevolking worden opgenomen, met het bijbehorende risico van bestraling van de schildklier;
  • Levensmiddelen;
  • Controle maaltijden.

De radionucliden die voornamelijk in melk, voedingsmiddelen en controlemaaltijden worden gezocht, zijn potassium (40K), voor natuurlijke radioactiviteit, en strontium (90Sr), cesium 134-137 (134,137Cs) en jodium (131I), voor kunstmatige radioactiviteit. Ook de carbon (14C)-koolstof (geproduceerd in kernreactoren maar ook natuurlijk aanwezig zij het in zeer lage abundantie) in de controlemaaltijden wordt geanalyseerd.

Richtlijn 2013/51/EURATOM stelt de eisen vast voor de bescherming van de gezondheid van de bevolking met betrekking tot radioactieve stoffen in voor menselijke consumptie bestemd water. Deze richtlijn werd omgezet in federale wetgeving via het Koninklijk Besluit van 31/05/2016, aangevuld met het technisch FANC Besluit van 24/11/2016.

Om deze regelgeving toe te passen en na te leven, heeft België, dat honderden waterverzamelpunten telt, een grootschalig monitoringprogramma opgezet waarin elke leverancier van water bestemd voor menselijke consumptie (waterproducent en/of voedselproducent) een jaarlijks zelfcontroleprogramma aan het FANC moet indienen op zijn kosten periodieke radioactiviteitanalyses uitvoeren. Hiertoe brengt een webplatform voor gegevensuitwisseling de leveranciers van water bestemd voor menselijke consumptie, de laboratoria die verantwoordelijk zijn voor deze analyses en het FANC samen. Het zelfcontroleprogramma is specifiek voor elke leverancier en houdt rekening met de gebruikte watervolumes, zijn oorsprong (oppervlaktewater, grondwater, enz.) en zijn eindgebruik (verwerking in voedsel (ingestie), reiniging van apparaten (contactwater), enz.)

 

Laatst aangepast op: 31/03/2021